maandag 4 april 2016

Spiegeltje, spiegeltje

Vorig weekend heb ik de film Mirror, mirror gezien. De trailer belooft een eigenzinnige bewerking van het sprookje van Sneeuwwitje, dus de film was op mijn ‘wil ik zien’-lijstje beland. Ik ben nu eenmaal dol op sprookjes. Niet alleen omdat ik het heerlijk vind om me onder te dompelen in een wereld waarin het magische zichtbaar wordt gemaakt – al is dat al een heel goeie reden op zich - maar ook omdat in veel sprookjes pareltjes van wijsheid verborgen liggen. Die beperken zich niet tot de voor de hand liggende ‘moraal van het verhaal’. Symbolische betekenissen worden in sprookjes op diverse lagen met elkaar vervlochten tot een uiterst boeiend woud om in rond te dwalen. Bovendien is het toch gewoon mooi om te zien hoe het goede uiteindelijk overwint? Sommige mensen vinden dat onrealistisch optimistisch. Voor mij is het de weerspiegeling van een diep geloof. 

Over weerspiegelingen gesproken. Mirror, mirror was helaas niet alles wat ik ervan gehoopt had. Een geval van te veel dingen tegelijk willen doen, waardoor de verhaallijn en inleefbaarheid jammerlijk verloren gingen. Er was echter één intrigerend aspect: de manier waarop de magische spiegel van de koningin – Sneeuwwitjes stiefmoeder – verwerkt was. Je weet wel, die van ‘spiegeltje, spiegeltje aan de wand, wie is de mooiste van het land’. Anders dan in andere variaties op het sprookje werd de koningin hier niet toegesproken door een spiegel met menselijke trekjes, maar door een lichtjes andere versie van zichzelf. Haar spiegelbeeld.

Het zette me aan het denken over spiegels en spiegelbeelden. De metafoor van de spiegel is een graag gebruikt beeld in verband met menselijke relaties. Wanneer het niet zo best gaat met de communicatie wordt koppels wel eens aangeraden om te ‘spiegelen’: in plaats van te reageren op wat de ander zegt, herhaal je in je eigen woorden wat hij zonet heeft gezegd. Daarbij maak je jezelf dus eigenlijk als het ware los van de ander, om hem beter te kunnen begrijpen. Dat is een heel interessant gegeven, waar ik het in een volgend stukje nog eens over wil hebben, maar niet het onderwerp van vandaag. 

Er is namelijk ook een heel andere context waarin het beeld van de spiegel wordt bovengehaald: het besef dat mensen om je heen iets in jou kunnen weerspiegelen. Je kunt dat heel nauw of heel ruim interpreteren. Als je – zoals ik – vertrekt vanuit de gedachte dat alles en iedereen samenhangt, dan krijgt het een vanzelfsprekend belang: net zomin als dingen zomaar toevallig gebeuren, komen mensen zomaar toevallig op je pad.

Zowel je liefdevolle partner als de vriendin die je al dan niet bewust kwetst door hartelijk te lachen wanneer je een blunder slaat, als de buurman met de eindeloze verhalen waarnaar je inwendig kreunend luistert… zijn daar met een reden. Ze fungeren als een spiegel waarin je kunt kijken om iets over jezelf te ontdekken. En dat kun je op een aantal verschillende manieren doen.

Je kunt het heel simplistisch doen. Op dat eerste, oppervlakkige niveau kijk je naar je partner en weet: er wordt van mij gehouden, en wat is het fijn dat ik van iemand kan houden. Je luistert ontdaan naar je lachende vriendin en denkt: goh, doe ik dat ook? Lach ik zelf ook meteen mensen uit als ze eens iets niet helemaal goed doen? Erger ik me er nu aan omdat ik nu eens degene ben die wordt uitgelachen? En wanneer je ongeduldig trappelend met opkomende hoofdpijn naar de buurman luistert, kun je je afvragen: jee, doe ik dat ook? Ga ik maar door over datgene waar ik mee bezig ben, zonder mensen de kans te geven erop te reageren?

Soms is zo’n weerkaatsing inderdaad niet meer dan dat. Er is een oud spreekwoord dat luidt: ‘Zeg mij wie je vrienden zijn, en ik zal je zeggen wie je bent’. En vaak is het zo dat mensen met gelijkaardige trekjes elkaar opzoeken. In zo’n gevallen kom je snel en makkelijk van weerspiegeling tot inzicht. Dat is echter niet de enige manier waarop menselijke relaties werken: vaak zoeken we net iemand op die iets in ons aanvult, complementeert… zoekt een introvert persoon een extraverte partner als balans, of maken mensen die gewetenloos op een ander willen parasiteren net gebruik van iemand die té goedgelovig of goedhartig is.

Op het tweede niveau kun je je dan ook afvragen waarom je eigenlijk op iemand reageert zoals je doet. Het kan zijn dat je vriendin echt een gemeen uitlachend kreng is… of misschien heeft ze gewoon gevoel voor humor en ligt het probleem bij jou. Waarom kun je niet met haar meelachen? Omdat het echt niet grappig was? Of omdat je jezelf veel te serieus neemt? Misschien is de buurman echt een eindeloze zeurpiet die totaal geen oor naar de inbreng van anderen heeft. Maar waarom frustreert hij je zo dat het bijna letterlijk pijn doet? Zou het kunnen dat je op voorhand al één bonk stress was en hij de laatste druppel is?

Op dat tweede niveau kun je alweer aan de slag met deze spiegels. Je kunt jezelf immers leren om mee te lachen met grapjes over je blunders en jezelf niet zo serieus te nemen. Of elke keer dat je buurman over zijn rozenstruiken begint, zien als een oefening in geduld. Een zen-moment op je verder zo drukke dag.

Je kunt echter nog een niveau dieper gaan. Je kijkt op een bepaald moment in een spiegel, maar dat betekent niet dat die vlek op je neus er nog maar pas zit. Daar loop je al de hele dag mee rond. Een spiegel wijst je dus op iets dat al een hele poos in je leeft.

Op het derde niveau – en daar ga je vooral heen als spiegels je keer op keer hetzelfde weerspiegelen – vraag je je af hoe diepgeworteld bepaalde neigingen van je eigenlijk zijn. Als je vriendin élke keer dat je haar ziet wel om iets lacht, waardoor jij je stilletjes ontzettend minderwaardig aan haar voelt… dan is het wel duidelijk dat je zelf te kampen hebt met gevoelens van minderwaardigheid, die heus niet bij die vriendin begonnen zijn. En als je elke avond zo gestresseerd thuiskomt dat je moeite moet doen om vijf minuten naar iemand te kunnen luisteren… dan is het wel duidelijk dat jouw dagen strak staan van overdreven veel spanning.

Met dit soort spiegels, dat moet ik even tussendoor zeggen, ontstaat er trouwens vaak een soort evenwichtsoefening: de neiging ontstaat om ze maar gewoon uit je leven te bannen. Niet meer afspreken met de vriendin. Zorgen dat je aan de telefoon bent wanneer je thuiskomt, zodat de buurman je niet kan aanspreken. Of een tunnel graven zodat je langs de achtertuin binnen kunt. Is deze neiging verkeerd? Vlucht je dan voor iets waarvoor je niet zou mogen vluchten? Niet noodzakelijkerwijs. Soms horen mensen gewoon niet thuis in je leven. Als je dat voelt, dan moet je het respecteren. Maar het besluit om de spiegel maar uit je leven te zetten, is idealiter niet de eerste, maar de laatste stap in een proces.

Op dit derde niveau is namelijk de eerste stap: achterhalen op welk dieper patroon deze spiegel je wijst.

Hoe zit het met dat minderwaardigheidsgevoel dat je vriendin wakker maakt? Ben je gevoelig voor mensen die erin slagen een vlekkeloze façade op te houden? Zodat je je slecht voelt elke keer als jij met iets morst of een knoop blijkt te missen? Dan wordt het hoog tijd om te gaan beseffen dat het leven niet om de façade draait. Maar dan ook echt te beseffen, te doorvoelen. Eens je die zekerheid in je hart voelt, en erin gelooft, dan kan niemand jou je slecht laten voelen omdat jij een wat rommelige inslag hebt. Dan pas kun je ook gaan zien waar jouw waarde ligt. Immers: je zogenaamde perfecte vriendin zoekt wel telkens jóú op. Wie weet hoe hard ze snakt naar een beetje rommeligheid en het gevoel dat het leven niet in vakjes te stoppen valt? Naar jouw creatieve oplossingen voor haar problemen? Wie zegt dat jouw ‘blunders’ wel blunders zijn? Natuurlijk is het goed om jezelf wat te relativeren en een keer om jezelf te kunnen lachen… maar toch is iets wat op het eerste gezicht een blunder lijkt, soms net een geniale ontdekking.

Pas wanneer je jezelf erkent als inherent waardevol, wat je ook doet, kun je zien of haar grapjes liefdevolle vertolkingen zijn van het gevoel van vrije vreugde dat ze in jouw bijzijn ervaart. Zo ja, dan kun je nu weer dubbel genieten van al die dingen waaruit jullie vriendschap ooit is gegroeid. Of misschien zijn haar grapjes echt gemeen. Kleineert ze jou om zichzelf groter te voelen. Dan weet je dat de weerspiegeling een echte diepe was: ze kampt zelf met een minderwaardigheidsgevoel. Nu jij een stap richting zelfwaarde hebt gezet, kun je haar misschien wel helpen hetzelfde te doen. Blijkt ze daar niet voor open te staan… ja, dan zul je, trouw aan het besef dat je een waardevol mens bent, dit niet langer kloppende spiegelbeeld uit je leven willen en kunnen zetten.

Hoe zit het met die buurman die je doet nadenken over tunnels en ontsnappingsroutes? Het zou zomaar kunnen dat hij je wijst op je eigen eenzaamheidsprobleem. Ren je hele dagen van hier naar daar om jezelf te ontlopen? Omdat thuis komen bij jezelf maar eng lijkt? Moet je bezig-bezig-bezig blijven zodat je maar niet zou gaan nadenken over het gat in je leven? Of ontloop je jezelf door de hele dag te doen wat je ’s avonds tandenknarsend voor de buurman doet: laat je het verhaal van anderen belangrijker zijn dan dat van jezelf? Doe je inwendig sputterend en grommend wat anderen van je vragen, zelfs al is het al lang te veel geworden?

Pas wanneer je hebt beseft dat het hoog tijd is om jezélf eens tijd te geven… zul je weten wat je met de buurman aan moet. Misschien vertelt hij je al maanden verhalen over de verzorging van zijn tuin en besef je nu dat je eigenlijk zelf ook wel wat meer wil met dat verpieterde gazonnetje in je achtertuin. Misschien een groentetuin in plaats van een tunnel? Een plekje om letterlijk in contact met de aarde te komen. Of misschien is de buurman echt een bodemloos vat van behoefte aan aandacht… Pas wanneer jij eindelijk hebt beseft dat het niet de bedoeling is dat jij iedereen voorrang geeft boven jezelf, zul je als vanzelf weten wanneer en hoe je hem vriendelijk doch kordaat zijn verhaal na één minuut kunt afronden, en wanneer je wel een kwartiertje over hebt om zijn rozen te gaan bewonderen en de geur van de zomer op te snuiven.


Spiegels weerkaatsen dus – net als sprookjes – op vele niveaus. Toch is er tot slot één ding belangrijk om te onthouden: jij bent niet je spiegelbeeld. Je bént niet de vlek op je neus, je bent niet de kleren die je vandaag draagt. Net zo weerspiegelen mensen stukjes van jou, patronen die vandaag werkzaam in je zijn. Maar geen enkele weerspiegeling is gelijk aan jij als gehele persoon, aan jouw unieke essentie. Net zoals ook andere mensen hun eigen unieke zelf zijn, nog veel meer dan hetgeen ze jou laten zien en jij als weerspiegeling herkent. Er is dus geen reden om te denken dat je kennelijk maar heel oppervlakkig bent, wanneer je achtervolgd wordt door een oppervlakkige roddeltante, of dat je maar erg duister bent, als je in contact komt met iemand die heel negatief is. Ja, misschien wijst die weerspiegeling je erop dat je je eigen diepten miskent. Of dat je wel een heel donkere mantel van overtuigingen hebt omgeslagen, vergetend hoe fijn het is om je te kleden in het blauw van de open hemel en de warme stralen van de zon. Maar dat betekent nog niet dat jij alleen oppervlakte bent, of dat die duisternis tot in de essentie van je Zelf reikt.

Maak dus niet de fout die de stiefmoeder van Sneeuwwitje maakte: geloven dat de spiegel je vertelt wie je bent. Ben je volgens de spiegel niet de mooiste van het land, dan betekent dat niet meteen dat dat waar is. Kijk in de spiegel, hoor wat hij te zeggen heeft, en beslis dan zelf hoe belangrijk dat is voor wie je wil zijn. Kijk verder. Diep in het hart van de bloem die jij bent. Bloei.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten