maandag 27 juni 2016

Een half woord

"Soms vraag ik me weleens af of ik niet alsmaar meer signalen krijg, omdat ik er zo intensief mee bezig ben,” zegt mijn vriendin N. 

We liggen in de tuin en genieten van het gevoel helemaal niets te moeten. Ze rekt zich eens uit en draait haar gezicht naar de zon.

“Ik bedoel maar,” gaat ze verder. “Je stuurt tenslotte met je overtuigingen je leven. Dus hoe overtuigder je ervan raakt dat signalen belangrijk zijn, hoe meer je er tegenkomt. En dan blijf je maar aan de gang.”

Ze heeft gelijk: hoe meer energie je in iets steekt, hoe meer je het laat groeien. Dus haar gedachte dat je je leven een stuk vervelender kunt maken door veel energie te steken in vervelende gebeurtenissen op je levenspad, heeft een bepaalde logica die je niet meteen kunt afwijzen.

N is niet van plan om vanaf nu de signalen die ze tegenkomt te negeren. Maar het is een interessante gedachteoefening die ons niet meteen loslaat. Ik heb al eerder een stukje gewijd aan het vervelende maar ook het nut van een stortvloed aan signalen. Maar zou verder komen op je levenspad ook zoals dit moment kunnen zijn? Zonneschijn en fluitende vogeltjes, een kopje thee binnen handbereik en een ontspannen gesprek.

Later die dag heb ik het erover met mijn zus D.

“Weet je wat het probleem is,” zeg ik. “Mensen zijn inherent lui. Of nu ja, niet lui…” Ik zoek naar het goede woord. “Inert. Je mag nog weten dat iets je goed zal doen, als je geen schop onder je kont krijgt, dan laat je dingen gewoon zijn gangetje gaan. Daarom zijn signalen nodig. Anders zou je zó weer in gewoontes of patronen glijden waar je op de lange duur niet gelukkig van wordt. Zelfs al weet je dat heel goed.”

Heel even is dat een wat deprimerende gedachte. De mens als wezen dat simpelweg te lui is om het goede op te zoeken. Voortgejaagd door speldenprikken en schoppen onder zijn kont.

“Ja, ik weet niet, hoor,” zegt D monter. D is niet zo van de ‘oh jee, wat moeilijk, en er is niets aan te doen’. “Volgens mij moet dat toch anders kunnen. Als je maar eenmaal bewust genoeg bent…”

We zijn even stil. Ik knik.
 “O…  aha! Ja, ik zie wat je bedoelt.”

Soms tot grote ergernis van omstanders die niét aan een half woord genoeg hebben, is dat de manier waarop wij vaak met elkaar communiceren. Het is iets wonderlijks om een vriendin op dezelfde golflengte te hebben waarmee je ook nog eens bent opgegroeid, zodat je elkaar door en door kent.

En ineens besef ik hoe mooi onze relatie weerspiegelt hoe het ook kan zijn. Wanneer je lang genoeg leeft met de stem van je diepste gevoel, ernaar luistert, er tegenin gaat, ermee probeert te redeneren, er ruzie mee maakt, maar er bovenal van houdt en er leuke dingen mee onderneemt… dan heb je op den duur aan een half woord genoeg. Dan wacht je niet meer op een schop onder je kont.

Signalen hoeven namelijk niet vervelend te zijn. Ze hoeven geen rood licht te zijn dat je tegenhoudt… 
Ze kunnen ook het groene licht zijn dat je laat doorrijden. Het aanfloepende lampje van ‘hier moet je zijn’. De sprankeltjes magie die je voelt bij ‘oh, dit is waarvoor ik geboren ben om het te doen’. De vlindertjes plezier bij ‘deze persoon maakt iets in mij wakker’.

We hebben de neiging om pas echt energie te spenderen als er iets misgaat. Wanneer een kind razend goed is in taal, maar slecht in rekenen, dan is de eerste reflex: bijles wiskunde. En ja, natuurlijk houdt dat steek. Maar stel dat je het vervolgens nooit meer een taalles zou geven. Alleen maar bezig zou blijven met cijfertjes, optellen, aftrekken en vermenigvuldigen. Dan zou zijn mooie talent na verloop van tijd ineenschrompelen bij gebrek aan voeding. Idealiter gezien doe je natuurlijk beide: zelfs als het kind ooit een kundig en creatief vertaler wordt, dan is het nog fijn als hij zelf even kan berekenen hoeveel borden er op tafel moeten als er twee extra gasten zijn. Is het een ramp als er een bord ontbreekt? Welnee. Veel jammerlijker zou het zijn als hij nooit zijn taalgevoel zou ontwikkelen tot het bloeit.

Dus: luister naar de vervelende signalen op je levenspad en doe er iets mee. Maar luister nog véél beter naar de fijne signalen en doe daar meer mee. Met die momenten dat jij en je gevoel aan een half woord genoeg hebben. Koester en voed die signalen, zodat ze steeds talrijker en sterker worden. Dan gebruik je de kracht van je overtuiging om te evolueren op je levenspad… ontspannen, zonnig en vrolijk fluitend.

6 opmerkingen:

  1. Signalen, relaties, mensen, zijn als spiegels - weerspiegelen iets vanuit onszelf. Het is als de diamant, élk vlak weerspiegelt een andere dimensie. De duurst geslepen diamant is die met de meeste vlakken/spiegels...

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Mooie vergelijking... Naarmate we onszelf bijslijpen, kunnen we steeds meer gaan schitteren...

      Verwijderen
  2. vervelende of leuke signalen je kan niet zonder, we zijn geneigd om de vervelende te negeren, daardoor denken we dat we heel positief bezig zijn maar ook dat ken te veel worden, balans in alles

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Grappig, dan heb jij net de omgekeerde ervaring. :-) Zelf heb ik dus de indruk dat mensen sneller luisteren naar een vervelend signaal omdat dat meer opvalt, en de positieve gewoon klasseren onder 'er is niks aan de hand, dus ik hoef niks speciaals te doen'. Terwijl iets dat meezit net zo veelzeggend kan zijn als iets dat tegenzit.

      Verwijderen
    2. Ik herinner me vaag dat Christiane ergens in haar boeken schrijft dat alleen echt levende mensen signalen oproepen. M.a.w. wees blij dat je leeft, ook bij vervelende signalen. En, denk ik, naarmate we onszelf bijslijpen zullen we minder vervelende signalen oproepen en meer leuke. We zullen schitteren als een diamanten ster!

      Verwijderen
    3. Dat is zo, een vervelend signaal is ook niks om je over te schamen! Neemt niet weg dat je natuurlijk liever de leuke bevordert, en dat kun je volgens mij o.m. door de overtuiging los te laten dat je alleen dankzij vervelende signalen verder kan raken. :-)

      Verwijderen